17 maart 2018 – Column Marjolijn Dölle, directeur Werksaam Westfriesland: Luizenmoeder
Afgelopen zondag was de laatste aflevering van de Luizenmoeder. Wat een heerlijke serie vind ik het. Echt genieten om te zien hoe alle regeltjes en protocollen compleet belachelijk worden gemaakt door ze stevig uit te vergroten. Hilarisch vind ik conciërge Volkert, die zich met een houding van “zoek het effe uit met je protocollen en regels” lekker zijn eigen gang gaat. En ach, wat een triest figuur is de directeur van de school, Anton, die eigenlijk niets uitvreet behalve dan dat hij anderen in de weg zit. En dan hebben we nog juf Ank, die niet alleen de kinderen opvoedt, maar ook de bekvechtende ouders regelmatig de les leest.
Maar waarom vind niet alleen ik, maar ook half Nederland de Luizenmoeder zo’n leuk programma?
Als ik er goed over nadenk, begin ik me al een beetje ongemakkelijk te voelen. Er wordt immers een flinke spiegel voorgehouden. En als ik goed in die spiegel kijk, dan zie ik dat wij bij WerkSaam toch ook wel heel erg van de protocollen en de regels zijn. Logisch, we zijn immers een uitvoeringsorganisatie en moeten wetten en regels uitvoeren. Maar we kunnen wel kiezen of we daar heel star in zijn, of juist bereid zijn om mee te denken met de uitkeringsgerechtigde. Om mee te denken met de ondernemer en samen te zoeken naar kansen en mogelijkheden die het de ondernemer makkelijker maken en die werkgelegenheid creëren.
Protocollen, regels, verordeningen, procesbeschrijvingen, formats….help! We kunnen niets als we die niet hebben. We blokkeren, we kunnen ons werk niet doen als we deze hulpmiddelen niet hebben.
Ik probeer dagelijks uit te dragen, dat we altijd zelfstandig moeten blijven denken en niet alleen de regels en protocollen leidend laten zijn.
Wat is de intentie van de wet? Wat is het beste voor die ene cliënt, wat is het beste voor die ene ondernemer? Als dat past binnen de bestaande wet- en regelgeving, dan moeten we dat gewoon doen.
Wij noemen dat de omgekeerde toets. We toetsen de kaders wel, maar kijken primair naar het belang van de betrokkene en naar de intentie van de wet.
Een prachtige uitspraak om te handelen naar de intentie van de wet, maar het risico op “directeur Anton-achtig” gedrag ligt dan op de loer. Zwaaiend met zijn vingers en met een grote grijns op zijn gezicht weet hij alles goed te praten met wat we “eigenlijk bedoelen”. Zijn wangedrag weet hij voortdurend goed te praten met non-argumenten en zogenaamd goede intenties. Zijn team neemt hem niet eens meer serieus en behandelt hem meer als een noodzakelijk kwaad waar ze mee te maken hebben, dan een serieuze collega en sparringpartner.
WerkSaam voert wetten en regels uit, waarbij we zorgvuldigheid en maatwerk hoog in het vaandel hebben staan. Dat vereist dat we open en transparant zijn over wat en waarom we dingen doen. Want alleen door open en transparant te zijn, kun je maatwerk leveren en werken vanuit de klantvraag en de intentie van de wet. Dat vraagt wel een voortdurend kritische en zelf reflecterende houding.
Ik voel mij wel prima in mijn rol als luizenmoeder!
En helemaal als er een Volkert in de buurt is: de held van het verhaal die als conciërge het verschil maakt. Startte vanuit een achterstandspositie. Wat achterstandspositie? Geef zo’n man een kans en zie wat het je oplevert!